0570-244037 info@silvavir.com

Iedereen die naar buiten gaat komt wel eens sporen van wilde dieren tegen. De meest herkenbare sporen zijn voetafdrukken. Prenten noemen we die. Prenten van hoefdieren vind je meestal op zachte ondergrond zoals op een zandpad in het bos. Ook kan je hun uitwerpselen vaak vinden langs wildwissels en op rustplaatsen. Maar hoe kan je die sporen van elkaar onderscheiden?

In Nederland kennen we 4 soorten wilde hoefdieren; ree, damhert, edelhert en wild zwijn. Sporadisch worden er exotische hoefdieren gemeld zoals muntjak en sikahert maar die worden hier buiten beschouwing gelaten. Prenten van het ree kan je in bijna heel Nederland aantreffen en ook die van wild zwijn vinden we steeds vaker buiten de bekende leefgebieden. Het is dus belangrijk. dat als je iets vindt, om goed te kijken en te weten waar je op moet letten.

Herkenning van hoefdierprenten
Prenten van hoefdieren hebben allen duidelijke kenmerken. Maar een getekend silhouet uit in een sporenboekje ziet er toch net even iets anders uit dan een prent in het veld. Hieronder enkele voorbeelden uit de praktijk.

 
Van links naar rechts: prenten van ree, wild zwijn en edelhert


Prenten van damhert. De kop van de sleutel is ongeveer zo groot als een 2 euro muntstuk

Prenten van ree zijn maximaal 4,5 cm in lengte en verreweg het kleinst van de vier hier behandelde hoefdieren. Ze ogen vaak smal en spits. De bijhoeven drukken meestal niet af, net als op de foto hierboven. Als de bijhoeven wel afdrukken kunnen ze verward worden met wild zwijn. Vooral met biggen. Een belangrijk kenmerk van reeenprenten is dat de bijhoeven nooit breder zijn dan de voorhoeven. Bij wild zwijn is dat wel het geval. Paslengte bij stap is zo’n 50cm.

Prenten van damhert zijn maximaal 8cm in lengte. De vorm van de prenten zijn in verhouding wat ronder dan die van ree en smaller dan die van edelhert. Paslengte in stap is zo’n 60 cm.

Prenten van edelhert zijn maximaal 12 cm in lengte en verreweg het grootst van de drie hier behandelde hertachtigen. De prenten ogen veel ronder dan die van ree en damhert. Bijhoeven worden zelden afgedrukt. Paslengte bij stap is zo’n 120 cm.

Prenten van wild zwijn zijn maximaal 12 cm in lengte en over het algemeen ogen ze breder dan prenten van hertachtigen. Bijhoeven drukken vrijwel altijd af. Zwijnenprenten zijn ter hoogte van de bijhoeven het breedst. Paslengte bij stap is zo’n 40cm.

Herkenning van hoefdieruitwerpselen
Uitwerpselen van de drie hertachtigen ree, damhert en edelhert zien er uit als dropjes. Ze hebben nagenoeg dezelfde vorm maar verschillen sterk in grootte. Kijk eens goed naar de onderstaande praktijkvoorbeelden.


Van links naar rechts: Keutels van ree, damhert en edelhert

Hertachtigen zijn planteneters en produceren strengen van eikelvormige keutels. Ze liggen meestal met enkele tientallen bijeen. De inhoud van de keutels is homogeen en bestaat uit zeer kleine plantenvezels. Reeenkeutels zijn ongeveer 10mm lang. Vaak is één kant hol. Het puntje is minder prominent als bij keutels van damhert en edelhert. Keutels van damhert zijn ongeveer 15mm lang. Die van edelhert zijn zo’n 25mm lang en hebben meestal aan een kant een punt en aan de andere kant een holte. Die vorm ontstaat door het puntje van de achterliggende keutel. Soms blijven keutels als klonten aan elkaar hangen. Dat geldt voor alle drie de bovenstaande soorten en met name in de zomer als er veel sappig voedsel wordt gegeten.

Uitwerpselen van wild zwijn zij zeer variabel omdat het een echte alleseter is. Meestal zijn het in klonten aan elkaar gekleefde bolvormige keutels. Meestal valt de streng uit elkaar in meerdere stukken dus de lengte is wisselend. De breedte is zo’n 80 mm en niet homogeen. Er kan van alles in terug gevonden worden zoals fragmenten van planten en dieren. De geur is onaangenaam en zuur.


Uitwerpselen van wild zwijn

Overige sporen
Naast prenten en uitwerpselen zijn er natuurlijk veel meer sporen van hoefdieren te vinden. Hieronder enkele voorbeelden.


Sporen van ree: Links een krabplek (ligplek bosbodem) en rechts een boom met beschadigig door het vegen van het bastgewei


Sporen van wild zwijn: Links neusputjes en rechts wroetsporen



Zoelplek en een schuurboom van wild zwijn

Kom jij ook wel eens een prent of uitwerpselen tegen?

Geef je waarnemingen door op telmee.nl of waarneming.nl. Zo help je mee de verspreiding van hoefdieren beter in kaart te brengen. Maak een duidelijke foto van het spoor inclusief een referentie voor de grootte (bijvoorbeeld een muntstuk). Voeg de foto bij je waarneming.

Het is leuk als je dit bericht deelt!